Hongarije 2016


Dag 1: Xanten

Baai baai-zwaai zwaai

Zaterdagmorgen 9 juli 2016: baai baai-zwaai zwaai naar Mooniek, en daar gaat-ie dan, mijn eerste solo-cross-Europa bikepack fietsvakantie. Ik kwam er al wel snel achter dat de fiets met echt alle bagage erop toch ietsje pietsje zwaarder is dan eerst gedacht. Gaat ie dan daardoor minder snel? Nee, hij blijft gewoon toch ong. 22 km per uur aanhouden. Dat is misschien wel de kracht van dit soort fietsen.

Lexkesveer

Ik was bijna op de Lexkesveer toen ik me omdraaide en toch nog even het heuveltje omhoog naar paps meepakte. Ook dat ging prima. Snel nog 2 boterhammen met kaas achterover gekegeld, afscheid genomen en de pont op. Ik raak aan de praat met naar later bleek de oma van Denise Snetselaar, die per 2016 ook op het Marnix College zit. Deze vrouw fietst veel, en telkens via dat fietsknooppunt systeem. Een papiertje op het stuur met de goede nummers en dus niks geen fancy GPS navigatie. Ook later blijkt dat er anno 2016 heel veel mensen nog met een flapperende kaart op het stuur rondfietsen.

Deutschland!

De volgende pont was bij Pannerden. Deze voetgangers pont is maar een kleintje maar wel populair bij fietsers. Bij Millingen de grens over. Bij het bordje met Bundesrepublik Deutschland wil iedereen wel even stoppen. Opzouten, nu ben ik aan de beurt.
Goed en wel in Duitsland. Wilde net mezelf toespreken om nu eens niet in stereotypen te denken, toen er achter elkaar 3 bierkarren volgeladen met Duitsers aan kwamen fietsen. Passeren was onmogelijk…In de berm zag ik dat er al veel bier gemorst was…

Zij die gaan sterven…

Langs Kleve, Kalkar en door naar Xanten. Heel erg druk op de zaterdagmiddag. Alleen in Luettingen was er nog een Ferienwohnung over. Dus die maar genomen, niet verkeerd als eerste overnachting. Prima plek op de Am Heesenhof 5. Het amfitheater hier in de buurt is een enorme publiekstrekker Je zat daar vroeger met maar liefst 12.000 mensen om je heen. En je keek toen naar hoe gladiatoren andere gladiatoren of wilde beesten afmaakten…zouden er ook hooligans op de tribune zijn geweest, in die tijd?

Loaded…

Zelf ben ik bijna een soort apparaten-fetishist geworden. Wat er allemaal niet na de eerste dag weer aan het electro-infuus moet is eigenlijk te zot. Toch gaat alles nog goed. Okee, de oplaadbare batterijen waren heel snel leeg dus was blij dat ik als GPS backup ook de Limes track op de smartphone had.

Eerst even een ommetje lopen rond de Xantener Suedsee. En dan het dorp in. Ik moest voor Huibert op zoek naar een echte Romein….Eigenlijk veel te laat kom ik weer aan op de am Heesenhof 5, en mijn eerste nachtje op fietsvakantie naar Hongarije kon ik afvinken.

Dag 2: Koeln

Frau Margaret

Frau Margaret van het Zimmer Frei kamertje wil graag om 8 uur sharp het ontbijt klaarzetten. Dat is een beetje te laat want het wordt best een warm dagje, dus wil vroeg op pad. Maar dan geen brood nog, stamelt Fraulein. Ach zeg ik, ik pak de grote doos Kellogs cornflakes er wel bij, zeg ik. Nee, nee, ik wil zelf iets maken, zegt Margaretha von Trotta. Maar ik ben wel weg om half 8… Wel heel lief bedoeld.

Moet zelf me nu niet gaan verslapen, anders zit ik stoer te doen om niks. Zal sowieso mijn ritme een beetje moeten omgooien. Vroeg pitten en nog vroeger op. Het laatste stuk van Kalkar naar Xanten was zweten, want zat al in de middag…dus dat willen we niet nog een keer…maarja, kan wel nog zoveel wensen…

Der Deutsche Neptunus

Gelukkig ben ik op tijd wakker (wel gedroomd van gemiste afslagen bij Wiesbaden…hoe kan dat nou) en eet ik me vervolgens weer een verstopping vanwege de witte bolletjes. Maar wel super lekker. Dat pakken van die troep die ik meezeul kost alleen al een half uur en heb nu alweer spijt dat ik zoveel kleren meeheb. Maarja het is perfect weer en ik moet het nog zien als de Duitse Neptunus door het land gaat jagen. Dus ik mopper niet op mijzelf.

Geurvreters

Nog snel een rondje Xanten (nu helemaal uitgestorven, de romeinen liggen nog te snurken onder invloed van de zaterdagavond-Bacchus). Ik besluit om een omweg te nemen en niet door het Ruhrgebied te gaan. De wegen zijn perfect en er is geen kip op de weg.

Na Krefeld wordt het wel ein bisschen smoezeliger allemaal. Door Neuss is zelfs echt niet leuk, alleen het centrum is goed te pruimen. Als ik naar de feitelijkheden kijk, dan lijken de middelgrote Duitse steden zondag gerund te worden door veel niet-katholieke/protestante mensen die hun kebab kraam en sisha barretjes open hebben. Ruikt wel lekker allemaal. Op bepaalde plekken in steden is het heel druk, andere weer helemaal uitgestorven.

Komt als geroepen

Outbreak van slecht asfalt

Het valt me op dat de fietspaden een stuk slechter zijn geworden ten opzichte van het boerenland daarvoor. Soms moet ik echt hard remmen om geen grote richel te raken. De fiets houdt het goed en de remmen werken feilloos. Een keer de hondendazer moeten gebruiken omdat er een terrier achtig beest mijn kant uit liep (mogen ze los lopen in Duitsland?). Ik denk dat de hond doof was want er gebeurde niets met zijn houding. De knoflook van het ontbijt deed de rest.

Nog steeds enorm veel vlaggen hier aan autos en huizen. Nederlanders hebben wel veel meer fantasie met dat oranje, als het raak is. Duitsers lijken veel meer in de pas te lopen. Alleen vlaggen en dan alleen  op auto’s en huizen. Naarmate Keulen dichterbij komt, schrik ik echt van de armetierige industriele wijken. Niemand op straat, daarvoor is het te heet. Maar wat een beroerde wegen, fietspaden en slecht onderhouden industriele complexen. Zeker 20 km lang duurt deze grap. Op een gegeven moment dacht ik onderdeel te zijn van die film met die virus uitbraak met een totaal uitgestorven stadsbevolking. Outbreak heet die film, geloof ik. Surrealistisch en 10 km per uur is de max ivm een soort maanlandschap dat een Duits fietspad moet heten.

Rote gruendlichkeit

Plotseling, al bijna in het centrum van Keulen, wordt het veel beter met het fietspad. Dat scheelt aanzienlijk met het tempo, alleen de Duitse stoplichten staan eerst een uur op rood en dan een kwartier op groen. Dus hoevaak ik door rood ben gekropen….Je leert ook nu bepaalde spullen echt waarderen: spiegel is je lifeline als je op een straat fietst met auto’s erbij. Fluorecente kleding ook. Heb bijna het gevoel dat ik melaats ben, met zo’n grote boog gaan de chauffeurs om me heen. Verder heel veel lol van de trappers die Bart van sector 2 bikes me heeft aangeraden. Inderdaad, niet als je stilstaat dan je onderbeen even lekker langs de trapper halen want dan heb je zo een paar wondjes erbij met die mini-spikes. Maar zowel met mijn Jezus sandalen, als met de vreemdelingen-legioen stappers, als met mijn oude zaalvoetbalschoenen trap ik nu lekker door.

Villa Falderhof

Het centrum van Keulen is dan weer enorm hectisch. Ik blijf zo lang mogelijk fietsen, ook als ik stapvoets achter de waggelende Brummi’s aan moet en niet in kan halen.  De fiets duwen is zoveel keer vervelender dan zelf blijven fietsen. Vlakbij de dom hangt eigenlijk helaas geen leuke sfeer, veel mensen hebben het gehad met de hitte en veel geschreeuw om niks. Terwijl ik al best doof ben en op Marnix wel gewend ben aan herrie (door mijn eigen geschreeuw?).
Ik besluit niet in Keulen te gaan pitten maar alvast richting Bonn te fietsen. Nog snel even chocola gekocht (witte, jaja). Und los gehts mal wieder. Na Keulen merk ik dat het al avond gaat worden en heb geen benul of de onderkomens nog wel een plekje zullen hebben voor me, zo in het weekend. En de moeheid na 120 km slaat een beetje toe na deze warme dag. Ik zie mezelf al ’s nachts fietsen met een mijnwerkerslampje door de kolenindustriewijken. Dan toch maar even Google maps aangezet met de nu eindelijk een keertje wel voordelige EU bundels van KPN. Ook de Bett-und-Bike app geprobeerd en de eerste is gelijk raak: Hotel Falderhof met alles erop en eraan voor een zacht prijsje. Even bellen en navigeren en de big-smile is weer terug. Het leek na deze dag bijna een beetje op villa Felderhof…Ik hoor Gordon in de kamer hiernaast al lachen…

Dag 3: Boppard

Pink Floyd

Vandaag was het gelukkig een bewolkte dag. De verbrande ledematen krijgen verkoeling. Ik ga vandaag in een Pink Floyd wielrenners shirt (wat zal Willem jaloers zijn…).

Na Keulen weer een flink stuk industrie en na Bonn wordt het pad in een keer flink breed en promenade-achtig. Dit duurt tot Koblenz. Moooooie stad met een lange winkelpromenade, maar het shoppen wil (gelukkig?) niet zo vlotten met die zware fiets. Het is niet alleen dat ik de fiets niet graag alleen laat, maar alle verschillende waardevolle spullen zitten ook op verschillende plekken (geld+paspoort in stangtas; smartphone voor op ligstuur; Garmin GPS apart voor op stuur), en dat ontneemt me een beetje de zin om telkens de fiets te parkeren.

altijd leuk, slagwerkers..

Een Dumoulinnetje?

Ik teer de hele dag op de extra bolletjes ontbijt. Dit werkt voor even goed voor me, en zo zoek je naar handige methodes voor de volgende dagen. Tijdens het ontbijt die witte bolletjes eten bevalt qua verwerking helaas wel slecht, dat zorgt voor teveel stationair gedrag in de darmflora, dus in de ochtend juist volkoren gespuis naar binnen werken en de broodjes bewaren voor onderweg. Je wil geen Dumoulinnetjes, onderweg….

Na Koblenz lijkt voor 400 meter lang iets aan te lopen vlakbij het achterwiel. Afstappen en kijken. Niets te zien. Ik draai de trappers terug, veeg met een borstel alle aankoek en troep weg en het probleem is opgelost. Ik ken de fiets nog niet goed genoeg om te weten wat het zou kunnen zijn geweest. Trouwens vlak voor Koblenz heel veel bepakte fietsers zoals ik. Waar die in een keer vandaan komen? Niet iedereen fietst kennelijk dezelfde route, de Limes route. Het barst van de verschillende Duitse Radwegen en veel gaat er via het Rijndal. Maar een enkeling fietst in zijn eentje en dan flink bepakt. Dat zijn dan opvallend vaak wel oudere gasten. 4 Nederlandse dames op racefietsen kan ik niet bijhouden, maar kom ze later toch weer tegen, kennelijk verschillen onze pauzetijden….

Korte remweg

Vandaag ook mijn eerste echte botsing: reed achter een vent met zijn puberdochter (met fiets) en plotseling stonden ze stil bij een eettentje. Blij dat ik strakke remmen had maar ze was wel flink geschrokken, en kreeg ook van vader de volle laag. Denk dat ze volgend jaar niet meer mee fietst…die strakke remmen komen me later ook nog van pas in Regensburg…

Als je in een cadans fietst, dan merk je dat het lastig is om na een leuk kerkje of gebouwtje weer op gang te komen. Helemaal als je ook wat wind tegen hebt. Die is harder dan gisteren. Daardoor ga je minder vaak stoppen bij weer een geinig dingetje.  Toch is dit gebied, de Obere Mittel-Rhein, veel afwisselender. Waar er interessante stadjes aan de overkant zijn, vaart er direct een pontje. Welgeteld maar een keer heen en weer gevaren. Dat vreet tijd…

graag de hele route zo een lekker fietspadje...

Only the lonely?

 

Na Koblenz is het pad weer wisselend van karakter en ook af en toe van die verholen bulten die je lastig ziet aankomen. Ik klap er dan overheen, alle tassen zowat de lucht in. Maar steeds gaat dat goed, zowel de fiets, de stangen, en de Ortlieb ophanghaken blijven het goed volhouden. Trouwens, als je met zijn tweeën fietst is de overgrote meerderheid van de paden toch best zo smal dat je telkens bij tegemoetkomend fietsverkeer achter elkaar moet fietsen.  Heb ik wel een enkel belangrijk argument gevonden waarom het in mijn eentje handiger is..

Veel Boppers


20 km na Koblenz,  als ik zo’n 120 km achter de rug heb, pak ik de bett-und bike-app er weer bij. In Boppard heb je er maar liefst 6 stuks dus dat moet lukken, succes verzekerd op maandagavond, denk ik dan. In Boppard zelf blijkt het enorm toeristisch te zijn en blijken een paar busladingen vol met Engelse scholieren over alle hotels verspreid te zijn. Alles voll, ook een ouden-van-dagen pension dat er uitziet als een bloemenhotel, zegt moeder Theresa, die helemaal in wit en een mutsje de deur opendoet. Ook 2 hotels hebben een Ruhetag en nemen de telefoon niet op. Alleen de plaatselijke Chinees heeft nog een plekje op de 2e verdieping. Maar geen garage.  De fiets kan ik wel parkeren midden tussen de eindeloze rijen gedekte tafels waar in geen maanden iemand heeft gezeten. Maar er wordt wel in en uitgelopen, achterdeur staat steeds open, en ik kan de fiets nergens aan vastmaken. Dan de fiets gewoon de trappen maar opgesjouwd (sorry voor de butsen in de afgebladderde muur) en gewoon op de kamer geparkeerd.

Serieus, een waterpomptang?

 

Nu dus een extra droogrek erbij, besluit daarom de was te gaan doen. Hierna even Boppard in gelopen (tussen alle Engelse scholieren voelt het wel weer vertrouwd) en om  even na tienen ga ik liggen en even de blog bijwerken. Kost al 5 minuten om de ellenlange WEP-key in te tikken. Ik hoor nu van zowel de douche kraan als de wastafel kraan gedruppel. De kranen blijken niet verder dichtgedraaid te kunnen worden. Ik heb geen zin in deze Chinese folter druppel methode en haal de waterpomptang uit de tas. Ja echt, die had ik mee -:). Zwaar, dus die wil je dan ook wel gebruiken.  Moest wel even denken aan de eigenaar die vroeg of ik zijn gangmuren heel wilde laten met het fiets sjouwen. Mijn kamerdeur lijkt van buiten wel ingetrapt zijn geweest door Bruce Lee himself, zo gehavend is die surfplank. Ook het systeem plafond is meer geen systeem dan regelmaat. Maar het bed is te lekker want ik word om 12 uur ’s nachts wakker,  was kennelijk in een keer ingedommeld…

Al weer zo lang geleden, dit...
Wasrek met uitzicht

Boppard = Bodobrica

In de huidige stadskern van Boppard zelf kun je nog duidelijk zien dat het stadje ontstaan is uit een laat-Romeins Castellum: Bodobrica. Er staat nog een originele vestingsmuur over een lengte van ongeveer 100 meter met vier torens. De hele vesting van ongeveer 300 bij 150 meter heeft tot in de 12 eeuw dienst gedaan, en o.a. door de Franken bewoond. Het is in Duitsland een van de best bewaarde delen, en heeft een hoogte gehad van ongeveer 9 meter.  Wat je ook in verschillende steden van vroeger ziet: verschillende stenen uit de Castellummuur zijn gebruikt voor de bouw van kerken, zoals in dit geval de St. Severuskerk.

Dag 4: Mainz

Stijf aan het werk

 

Het weer is totaal niet meer te voorspellen. Ook Duitsers, misschien wel juist Duitsers, zeggen dat je het zelfs op de dag zelf niet meer weet. Dus druk maken over een eventueel buitje doe ik niet meer. Thuis uitgebreid de fiets en tassen en mezelf getest in 100% regenweer en toen geen probleem want ofwel een paar uur zweten ofwel natgeregend worden..macht kein Flaus aus bij mij.  Het enige dat ik wel doe is een zonnenbloem plukken in het natuurgebied ten oosten van Mainz. En het blijft uiteindelijk inderdaad droog.
De dag begon wel lekker maar wel wat stijve spieren. Dus die cooling down van gisterenavond voortaan niet meer vergeten: in de douche uitgebreid rekken en strekken.
De fiets loopt weer als een zonnetje. Zag een kerel die met volle bepakking aan het oefenen was om met losse handen te fietsen op een lang recht stuk.

Allemaal even gelijkzetten?

Koekoek

Ik oefen daarom ook maar even met het liggen op het stuur als het hard waait, want dat doet het nu even op deze brug. Het is ook een kwestie van je fiets leren kennen. Ik kan nu ook stapvoets, nee slentervoets zelf, door een druk centrum fietsen, omdat ik nu veel beter de fiets met alle bagage erop kan bedwingen. Na Koblenz houdt het niet meer op met het kastelenwerk.  Elk dorp heeft er wel een en geen zuinige gebouwen. Ik ben een keer heen en weer geweest om er eentje aan de overkant van de Rijn te bezoeken (in Koenigswinter, daar staat een slot waar Michael Schumacher nog getrouwd is), maar 2x met het pontje en de bezoektijd was meer dan zat en kost relatief veel tijd. De fietswegen zijn goed alhoewel het geraas van de vrachtwagens vlak langs je wel begint te vervelen. De centrale B-weg loopt er ook langs. Ook opvallend is dat er veel meer tegenmoet komend fietsverkeer is dan meegaand werk. Heeft dat met wind-tegen te maken? Juist mijn richting levert meestal meewind op. 

Lara del Loreley

Dan doemt de onvermijdelijke Loreley op. Je zou er bijna van in de Rijn donderen omdat het lastig te zien is vanuit het fietsen…..Dat is ook precies wat er gebeurd is, volgens een van de mooiste sagen uit de 19e eeuw. Een scherpe Rijn bocht, een relatief smalle doorgang door het gebergte, en slechte stuurmanskunst. Helaas, geen mooie vrouw te zien, kilometers lang…..wel leuk: zelfs na twee bochten wordt er door de horeca nog geadverteerd met de “Loreley-blick”, om maar zoveel mogelijk gasten te trekken. Er dreigt regen te vallen maar net op tijd verandert het landschap naar veel minder heuvels. Als ik Mainz binnenfiets, voorspelt de industrie ter plekke niet veel goeds.Maar met de zon erbij en in het centrum gekomen is het echt goed toeven: overal ruime leuke pleintjes en mooie oude maar ook smaakvolle nieuwe gebouwen. Eigenlijk veel leuker dan Koblenz, Bonn of Keulen. Dat is wel leuk om zo te ontdekken, met de auto blaas je er loeihard langs. Een medefietser van in de 20 komt naar me toe en vraagt me of ik richting de benedenloop ga fietsen.

Beer uit het Sauerland?
Mainz

Dat Mainz je niet


Niet dus maar een kwartier even gebabbeld over fietsen e.d. Hij blijkt komend jaar natuurkunde te gaan studeren in Stuttgart en nu wat rond te fietsen. Verder veel straatartiesten en een soort zandpromenade langs de Main met leuke barretjes. Hier wil ik zeker nog eens terugkomen.

Mainz heeft qua historie echt teveel om op te noemen. Het was in de vroeg-Romeinse tijd al een belangrijke legioensplaats en lekker strategisch gelegen, iets teruggetrokken van de Rijn. 2 eeuwen was er enorme bloei, met o.a een 9 kilometer lang aquaduct dat vers water uit Finthen aanvoerde.  In 1980 en in 2000 zijn hier nog laat Romeinse schepen blootgelegd, en Romeinse tempels. Er is teveel om te bezoeken, bv. een Romeinse stadpoort in stadsdeel Kaestrich (genoemd naar het Castra Castellum), waarbij de doorgang onder de poort diepe sporen laat zien, in het plaveisel uitgesleten. Of volgens anderen voorgeslepen om de karren in het midden te houden. Zeg het maar…..Tijd om dag te zeggen en heel snel weer terug te komen.

Sitzfleisch

 

Ik besluit om niet meer naar Darmstadt te fietsen omdat de route onbekend is en omdat ik Frankfurt wil zien. Darmstadt met zijn Hundertwasser gebouwtje komt dan wel een ander keer.  Dan blijkt dat de brug die ik over moet, super steil is en wel bandrandjes heeft maar dat kan mijn brede bepakking niet aan, het fietsstuk van de trap ligt te dicht op de muur. Omfietsen dus en ik kom al door voorsteden van Frankfurt. Doet er nu al iets zeer bij het fietsen? Zeer is niet het goeie woord, eerder gevoelig. Belangrijk is dat ik op veel posities wissel. Zeker mbt het zadel. Dan weer meer naar achteren, dan weer naar voren zitten. De pedalen soms aantrappen met tenen, dan weer met het middenstuk en dan weer met de hiel. En de handen ook op 4 posities wisselen. Anders gaat er iets heel erg irriteren en kun je straks niet meer verder. Het meest vervelende is nog het zitvlees: telkens zo verzitten dat je ‘m niet meer voelt. De een zegt: je kunt er niets aan doen. De ander zegt: smeren, smeren en smeren, of juist eelt kweken zodat het minder zeer doet. Ik hou het vooral op afwisseling. Door het wisselen zorg je ervoor dat andere pijntjes ook worden ontzien. Toch is er per bil een richel die telkens bij elke trap schuurt, en die ik steeds elke avond moet insmeren met allerlei crèmes die de mevrouw van de DA heeft aangeraden.

Gaat de Raffeissenbank bijspringen?
Moest de andere kant uit

Die Schwannheim(at)

 Een slaapplaats zoeken is vandaag dan toch weer lastig: weinig hotels en te laat besef dat je ook nog moet pitten deze nacht. Ook geen Zimmer Frei…waar heb je ze als ze nodig zijn…? De Bett und Bike app biedt weer wat uitkomst. Er is uiteindelijk een hotelletje waar ik eerst niet kon blijven (een corpulent echtpaar drong voor, maar werden weer weggestuurd, ik probeer het via de achterdeur) maar waar uiteindelijk een hotelgast niet meer terugkwam. Op de bovenste verdieping is er nog een enkeltje over. Ik ben goed en wel binnen of het begint buiten te donderen …..yes!! Het hotel, zur Post in Schwanheim, blijkt vol te zitten met gewezen Oostblokkers, die in de zomer flink bijklussen. De hotel eigenaresse is ook geen native Germaanse. Het maakt allemaal niets uit, als er maar betaald wordt. Er wordt flink gescheurd met auto’s in de winkelstraat onder me, en de geur van allerlei gerechten ontneemt me de lust om nog in een restaurant iets te gaan eten. Daarvoor heeft Bolletje te lekkere volkoren koekjes die er nog wel ingaan. En zo gaat het licht uit in een forensenstadje vlakbij Frankfurt.

Dag 5: Miltenberg

toch geinig om Franfurt zo binnen te denderen......

Fantastisch Frankfurt

Soms heb je van die mensen die het snappen. Na een overnachting in hotel zur Post in een geheel met deo overspoten kamertje (luchten en foehnen en mijn eigen skunk-zweetlucht konden dat niet verdrijven), kwam ik op weg naar de binnenstad van Frankfurt een fietser tegen die me alle doorsluip routes liet zien naar het zakencentrum. Zonder al die vreselijke stoplichten aan te doen. Frankfurt centrum is een mooi open centrum met oud en nieuw gescheiden maar toch sfeervol. 

Alt und Neu

Heel veel Aziaten in groepen, terwijl o.a. deze mensen het juist laten afweten in Europa vanwege de terreur dreiging. Heb geprobeerd in een gebouw genaamd Skyper (met heel veel verdiepingen…) naar boven te komen met de fiets. Ook de toren van de Landesbank liet het niet toe. Onmogelijk, hoe ik ook smeekte. Zijn ergens angstig voor, dat snap ik ook wel na “nine-eleven” en na de recente ellende. Maar was wel superleuk geweest met de fiets op het dak van midden-Duitsland te staan. De torens gaan over de 300 meter hoog.  Apart als je weet dat het hier in het stenen tijdperk bewoond was en er hier een klein Castellum door de Romeinen gesticht was. Laat zo’n Romein door de tijd vliegen en hier neerzetten, kijken hoever zijn mond openvalt…

Furt was een doorwaadbare plaats aan de Main.  Pas in 1986 werden de fraaie vakwerkhuizen aan de hand van historische tekeningen gerestaureerd. De beroemde Frankfurter Messe ontstond al in 1240 en nu nog trekken veel geleerden naar de Boekenbeurs. Goethe is hier in 1800 geboren. Heel veel Joodse traditie is hier ook.

De enige bui van de hele vakantie…

De weg gaat netjes verder langs de rivier en onverwacht snel kom ik weer in boerenlandschap terecht. Het weer wordt slechter maar hoe je ook kijkt, lastig te voorspellen of en waar het begint te regenen. Het continu volgen van allerlei buienradars heb ik allang opgegeven,  alleen ’s ochtends bij het ontbijt check ik het ivm de organisatie van de bepakking.

Vlak voor Hanau is het dan voor de eerste keer raak en ook heel veel regen ineens, precies wat Duitsland al een maand lang telkens maar weer beleeft. Het komt eigenlijk wel goed uit want een paar zandpaden met kekke kuilen hebben gezorgd voor een soort Sahara fiets. De plaatselijke bakker begrijpt in het geheel niet waar ik mee bezig ben als ik druipend binnenstap. Wel mag ik even op haar winkel passen omdat haar hond bang is voor het onweer en ze heel snel even naar hem toe wil. Ik mag vooral niet de telefoon opnemen want als haar chef belt en ze er niet is, dan is het exit voor haar. Ze heeft Spaanse roots maar komt daar niet aan de bak. Ondanks de pijn van het voor haar zo verkeerde weersklimaat in Duitsland gaat ze niet terug. Telkens maar met de lotto meedoen…en dromen van een ander leven.  Ik besluit met mijn kennis van wat statistiek niet haar hoop te verpesten maar eigenlijk wil je haar toch wakker schudden….

Dan maar een foto van buiten.....

Seligenstadt met dt

 

Ik ga als ik terugben toch het bekende Europaboek van Geert Mak lezen. Waar ik ook kom, wie ik ook spreek: zoveel mensen die niet Duits als eerste taal hebben geleerd. Duitsland is niet het Duitsland meer met alleen de oude Duitsers. Eigenlijk is dit land ook heel erg multiculti in de ruimste zin geworden, met toch een enorm sterke basis. Veel mensen die het Duits niet goed meester zijn, lijken wel kei- en keihard te werken. Voor de baas? Is een Duitse baas wezenlijk anders dan een Nederlandse baas? Naarmate ik verder kom, slijpt dit duidelijk mijn mening verder uit.

Verderop kom ik het bekende Seligenstadt tegen. Een mooi oud centrum maar voel me daar met mijn xx  jaar (ja, ook hier heeft x dezelfde waarde als de andere x) superjong tussen de éminence grise. Ik fiets over de marktplaats, waar keizer Trajanus in 100 een Romeins cohortcastellum heeft gebouwd. Ook mooi is de “Klosterstadt” in volle barokstijl, en met een kloostersamenleving nog vol in bedrijf. Veel oude kloosterlingen die rond het middaguur ronddolen. Die lijken het beter te hebben dan de soms hele oude mensen met volle bepakking die aan het wiebelen zijn op de fiets. Tsja..gebeurt dat met mij ook straks? Uitdrukkelijk vasthouden aan wat vroeger goed ging? Dat gevoel krijg ik ook als ik Bayern binnentrek bij het naderen van Aschaffenburg. Want zo hoog reikt Bayern in Duitsland. Het lijkt wel of ze hier elkaar ook meer groeten onderweg.

Een grote boerenkroeg blijkt met de halve hoeve dwars op de grens te staan van Bayern. Met de nodige humor om de bordjes: daar blijkt ook de grote arrogantie uit dat Bayern heeft ten aanzien van andere gebiedjes die zich verder toevallig ook nog in Duitsland mogen bevinden.

Wat schaft de avondpot?

 

In Aschaffenburg niet veel toeristen in het imposante maar niet zo oude slot Johannisburg, dat in een keer opdoemt na een smal fietspad. Ook het Pompejanum, een kopie van het huis van Kastor en Pollux in Pompeii is leuk om even te zien. Kadootje voor koning Lodewijk I.

Inwendig flink gelachen aan de desk van de toeristen info in deze toeristische stad: ik vroeg of er 30 km verderop overnachtingsmogelijkheden waren. Ondertussen was ik zelf bezig met de Bett und Bike app. Daar hadden ze nog nooit van gehoord, terwijl deze stad op de Limes route ligt en er veel fietsers moeten binnenkomen. Uiteindelijk zelf iets voorgesteld en gereserveerd. Achteraf net op tijd want als het weer verandert, zitten veel onderkomens eerder vol. 

Pan Europa


In Obernburg is nog het sinds 83 na Chr. het onveranderde stratenpatroon te zien! Dit plaatsje lag heel strategisch aan de vroegere Limes en andere handelswegen. Veel bezienswaardigheden die terugvoeren op Romeinse tijden en daarna. Ik kom na weer wat geregel en gebel aan in een bergdorpje vlakbij Miltenberg, in Grossheubach. Ik word tot mijn verbazing bij het hotelletje in het Hongaars begroet. Het blijkt een Roemeens meisje te zijn uit Szeklerland, geëmigreerd met haar vriendje (ze heeft mijn naam kennelijk gelezen in het reserveringsboekje). En dus hier aan het werk want thuis was en is er geen goed betaald werk. En dat scheelt financieel fors, Duits tov Roemeens werk. Ze zegt dat het kei-en keihard werken is, want haar baas is ook echt een Bayerische hotelier, maar samen willen ze wel een familie opbouwen. Is dat dus het geheim en succes van Midden/Zuid-Duitsland? Immigranten en bezoekers die de pannen van het dak (willen) werken? 

Is het niet een beetje arrogant om een Duitse sta/ligplaats in te nemen, zo?....

 Oude traditie duidelijk blijven behouden en tegelijkertijd de vele arbeid goedkoop houden en toch zorgen voor integratie en geen Chinatowns…?  “Wat doe je als je straks zwanger wordt”, vraag ik. Tsja, dan weet ze het niet meer, want ze wil dan haar eigen familie in Roemenie om haar heen hebben. Maar hier of daar…..?  “Zeg het in ieder geval niet tegen mijn bazin….”

Dag 6: Bad Mergentheim

Middeleeuwse koffie

 

In dit gedeelte van de Limes zijn er weinig fietsers meer over. Ik heb het idee dat veel fietsers de Rijn volgen, zowel stroom-opwaarts of anderen -afwaarts. Dit stuk onder Spessart is minder in trek omdat het in een keer veel heuvelachtiger is en sommige stukken langs een drukke B-weg en dan weer over een karrespoor. Er zitten voor mijn meer dan 25 kg extra gewicht smerig venijnige klimmetjes in.

Ik begon vanmorgen met mijn fiets te inspecteren. Hij lijkt al op een stoffige oude fles wijn, de nieuwigheid is al helemaal weg. Ik had de verkeerde Main oever gepakt na Aschaffenberg, met een kilometers lang karrespoor inclusief veel butsen en kuilen. Dat heb ik geweten, want de linker tassendrager voor was nagenoeg losgetrild. Als ik was wezen fietsen zonder controle was ik mogelijk een tas verloren (drama queen). Bart van sector 2 bikes had me al gemeld dat niet zozeer de tas ophanging bij een zware belasting kan gaan mekkeren maar juist de drager zelf. Na goed vastschroeven bereikte ik Miltenberg,  met een middeleeuwse stadskern. Een oud opaatje had me de weg gewezen en ook verteld dat in deze stad het oudste cafe (1590) van geheel Duitsland was te vinden: Gasthaus zum Riesen

Toch het oudste cafe Duitsland....
Miltenberg

Mooi Miltenberg

Bleek ook een hotel te zijn met als goedkoopste kamer 600 Euro…slik… En het wordt grof betaald en zit bommetje vol. Omdat ik me niets aantrek van bordjes met promenade krijg ik opmerkingen om af te stappen.  Ik heb een keer de fiets aangeboden om te duwen door zo’n mopperende voorbijganger en dat werkte natuurlijk helemaal niet. Verder veel oud werk, de zuilen van de St. Jacobskerk zijn van voor 1400.  Het Frankische stadje Miltenberg verscheen in 1237 voor het eerst in de annalen, maar de Romeinen hebben daarvoor zelfs tweemaal op dezelfde plek een Castellum gebouwd.

12% klimmetjes

 

Na Miltenberg volg ik het dal van de rivier de Efra omhoog. Hier begint een stevige klim tot in Hardheim, en nu pas begin ik de volle bepakking echt te voelen.  Stijgingspercentages van 12% zijn wat minder fun als het ook nog eens karrensporen zijn. Omdat dit niet opschiet met 5 km/uur neem ik halverwege de doorgaande weg. Vrachtverkeer heeft nu last van mij en ik heb de lampjes van de gele reflectoren achterop de tassen achter aangezet voor nog meer afschrikking. Boven in Hardweil moet ik even bijkomen bij de plaatselijke bakker, en raak ik in gesprek met een man die veel weet over de waterhuishouding van het gebied.

Hardheim

Leuker dan Beckand?

 

Ook hier zijn de overstromingen toegenomen, ook al doordat wolken tegen de heuvels blijven hangen. Ze zijn zich van de lente rot geschrokken van de overstroming op het nieuws, dat kan hier ook zo gebeuren, en zeker met al die plotselinge hoosbuien kijkt iedereen toch zijn huis na. Na Schweinberg gaat de steile klim over in een lange afdaling, dus helm op. Zo kom ik het dal in van de Tauber. Even verderop in Taubersbischofsheim is ook het oudste gebouw, het raadhuis, van rond de 1200. Verderop in het dorp Lauda staat bij een fontein een opvallende beeldengroep van de plaatselijke held die wij ook best kennen: Tijl Uilenspiegel, een bekend monument. 

Uiteindelijk arriveer ik in Bad Mergentheim, waarbij de zoutwaterbronnen al bij de Romeinen bekend waren.

Tijl Uilenspiegel

Bejaardenhotel

 

Veel statige renaissance huizen en mooie pleintjes met iets teveel toeristen maar wel gezellig. Ook hier ontstond een waterburcht, die werd verbouwd in een slotkerk.  Boven het portaal zijn wapens te zien van de Teutoonse ridderorde. De bezittingen van die mensen vormden de basis van de Pruisische Staat.

Door de klim afgemat, besluit ik na 80 kilometer een onderkomen te zoeken net voorbij het dorp. Er is nog een plekkie vrij in een belegen Hotel, Savoy, met erg veel 100 plussers, zo lijkt het. Ook hier mensen die zo op me af stappen en vragen waar ik vandaag kom en waar ik heenga. Hier lijkt alsof de mensen in deze regio minder stug, meer open te zijn. Het weer is wel iets kouder geworden en ik ben blij dat ik ook veel warme kleding bij me heb.

Hotel Honderd+

Dag 7: Herrieden

E-police

 

De dag begint met hoe de vorige dag eindigt: hetzelfde echtpaar dat zich aan het vergapen was aan mijn fiets en waarmee ik de avond ervoor gesproken heb over veiligheid (zichtbaarheid, klapband), kom ik als ik op pad ga, weer tegen. Het hotel waar ik logeer, weigert om internet aan de gasten te verzorgen, alhoewel ze vinden dat ze wel mee moeten gaan met de tijd. Je moet je tegenwoordig registreren als je internet afneemt want als je als klant smerige zaakjes doet via het internet op je hotelkamer kan het hotel naar jou toe doorverwijzen als de politie het hotel aanklaagt. Overigens, over wifi gesproken: Daar waar we in Nederland sukkelen met free wifi: hoe anders is dat in de grotere dorpen/steden hier in Duitsland: er staat altijd een goede wifi klaar als je in het centrum bent.

Gemüsehändlerin (Creglingen)
Weikersheim, zie bron

Weikersheim

Bad Mergentheim, waar ik overnacht, is een levendig toeristisch centrum met veel buitenlandse toeristen en een groot stadspark. Je hebt er heel statige renaissance huizen, pas als je er even koffie drinkt, dan zie je het goed.

In Weikersheim staat een leuk pleintje met een goed bewaard gebleven sfeertje. Vanaf de markt heb je een mooi uitzicht op allerlei prachtige gebouwen maar vooral op een bron uit de rococo tijd, 1768. Jammer dat ze er lompe planken overheen hebben getimmerd tijdens het restaureren.

Weer klimmen…

 

Ik kom door Roettingen, een stadje met veel zonnewijzers. Toch kost het me veel moeite om langs de middeleeuwse muren ze te zoeken. Bovendien: dan weer wolken, dan weer zon…telkens je momenten uitkiezen. ..

Nu volgt een best steile klim, die een tijdje duurt. Het is duidelijk dat er iets moois gaat komen. Met volle bepakking is het wel even klunen, geregeld wens ik dat ik nog een extra verzetje had. Uiteindelijk kom ik in een super Middeleeuws stadje, Rothenburg. Dit is waar je wel 2 dagen kunt blijven.

Roettingen

 

Een hit bij Japanners en Chinezen

 

Zoveel mooie middeleeuwse straatjes, zoveel sfeer maar ook zoveel toeristen. Deze hooggelegen Frankische vrijstad heeft zoveel vakwerkhuizen, complete stadsmuren en poorten uit de 14e eeuw. De muren hebben een lengte van bijna 4 km. In de 12e eeuw kreeg Rothenburg stadsrechten. Als je vanit het Noorden komt is er zelfs een dubbele poort, de Klingentor. Wat wel heel beroerd is voor het fietsen, zijn alle klinkerstraatjes. Dat fietst totaal niet door, wel goed tegen nierstenen. Sommige steden met oude centra hebben aparte trottoirs waarop je tempo kunt maken, maar hier ben je als wandelaar duidelijk in je voordeel.

Rothenburg

Middeleeuwse Tatorten

 

Buiten bij het Kriminalmuseum in het voormalige Johanniterklooster uit 1395 zie ik al een soort kooi hangen waar ze mensen instopten. Ik pauzeer daar even. 

In Rothenburg nog het stadhuis bekeken (deels gotisch, 1285, en renaissance tijd en ook nog snel even een middeleeuws festival gezien bij de stadspoort. De stadsbasiliek viel me heel erg tegen, daar zouden bijzondere houten altaren te vinden zijn, maar smaken verschillen nou eenmaal. Kennelijk niet echt aansprekend voor me…maar verder is het een uniek schouwspel van vakwerkhuizen en stadsmuren compleet met poorten uit de 13e en 14e eeuw. De muren hebben een lengte van ongeveer 3 kilometer. Al in 1172 stadsrechten. Ook mooi is het sterk hellende marktplein waar ik met moeite mijn fiets goed kan parkeren.  Een erg mooki Duits stadje, waard om eigenlijk wat langer te blijven.

Mini-krimi

Krentekakkers in Herrieden

 

Na even flink op de pedalen te hebben gestaan, bereik ik Herrieden, een dorpje aan de bovenloop van de Altmuehl, en met een lekker overdadig barokke Benedictijner kloosterkerk. Vlak voor dit dorpje staat er in de berm een leuk gedichtje over een Zimmer frei. Helaas bleken er al 4 (hoe kan het ook anders) Nederlanders in te zitten dus naast de pot gepiest. In het dorp zelf kom ik uit op Gasthof Sonne. Geen typische hotelhouders maar moderne gasten met een vlotte babbel.  De gastvrouw heeft een heel verhaal (zowel ’s ochtends als de avond ervoor) over hoe slecht haar relatie is met Herr Oberbuergermeister, terwijl hij echt naar haar moet luisteren. Overal waar ik kom, smeer ik 3-4 semmeltjes en stop er zowel ham als kaas op. Dit is wat ik eigenlijk eet op een dag en prima uit te houden met een bak koffie erbij. Bij deze mensen, hoe modern ook, moet ik betalen voor de extra broodjes….Zou de burgemeester ook zo’n ervaring met ze hebben gehad?

Jammer, deze was vol
Jammer, hier waren ze gierig

Dag 8: Kipfenberg

De WUR in Bayern

 

Zit ik net flink vaart te maken na het ontbijt, kom ik na Grossenried op een landweggetje een studente uit Wageningen tegen, die in Eichstaett is geboren en weer terugfietst op een echt krot van een fiets. Platte band en half in de berm zie ik dat de band plat is. Ik hoef echt niet te helpen, ook na flink aandringen niet, en vervolg na uitwisselen van gegevens mijn weg. Hoe bestaat het, denk je, dat je zo iemand midden in Duitsland uit Wageningen tegenkomt.  Irgendwie, irgendwo, irgendwann.

Schlagers als begeleiding

 

Ornbau is een mooi voorbeeld van een dwergstadje rond een plein met vesting werken en middeleeuwse poorten uit 1464 en een originele stenen poortbrug waarover ik het stadje verlaat.  Bij Gunzehausen word ik ’s ochtends getrakteerd op een echte Duitse Schlager op de vroege ochtend op het marktplein. Je kan zeggen wat je wil: toch klopt het hier, het is zaterdag en je wil wat in Gunzehausen. Even buiten het stadje besluit ik te klimmen naar het Burgstallwoud naar meneer Bismarck, die vereeuwigd is met gebruik van de originele stenen uit de Limes.

Dit is het begin van vele wachttorens die ik op de weg tegenkom…wel moet ik weer een paar venijnige klimmetjes over. Normaal te doen maar nu special treatment met tegenwind. 

Wacht u voor de toren

 

In dit gebied zijn dus nog wel resten van de Limes aanwezig, nadat de Romeinen besloten om geen houten palissade verdediging maar juist een stenen verdediging te maken. Dit omdat ze steeds vaker werden overvallen door de Noordelijke Alemannen, en er moest dus wel iets gebeuren.

In Weissenburg kun je ook een aparte restauratie zien van een Romeinse wachttoren en de contouren vam het Romeinse Castellum “Biriciana” op een groot terrein midden in een nieuwbouwbuurt. Dit spreekt best tot de verbeelding en geeft hetzelfde gevoel als Knossos….de restauratie werd daar op zijn zachtst gezegd wel erg eigenwijs gevonden van meneer Evans.  Maar nu, achteraf, wordt het beter beoordeeld en gewaardeerd….Dat gaat ook hier een beetje op.

2000 jaar geleden stonden hier....

Eichstaett

 

Weissenburg was in de 11e eeuw een ommuurde stad, en een van de totaal zes Frankische vrijsteden, en zou dat blijven tot 1802.

Uiteindelijk bereik ik Eichstaett, een universiteitsstadje en bisschopsstadje (dank zij een bezoekje van Bonifatius) met direct een leuke laid-back sfeer. Ik moet aan studente Monica denken, die hopelijk geen panne meer aan haar fiets heeft, maar nog lang niet in haar geboortestadje zal zijn. Hier schijnt ook een Mammoet ergens te staan. In ieder geval een benedictijnenklooster vanaf 1035. De dom is hier omgeven door hele nauwe straatjes. De dom heeft wat mixen gehad: eerst Romaans, later een gotisch deel, en weer later kreeg het een barokgevel. En dan een brand overleven tijdens de Dertigjarige Oorlog (1618-1648), waarbij 80% van alle huizen werd verwoest. Ook in dit stadje staat de enige echt katholieke Universiteit van het land.

Use your imagination..

Altmuehl kruist de Limes

 

Er is hier erg veel moeite te gedaan om zoveel mogelijk Romeinse spullen uit de bodem te laten zien. Ook is het een erg mooi gebied, met af en toe bijna Amerikaanse weidsheid en uitstraling. Hier kruist de Limes ook het dal van de Altmuehl. Juist in dit gebied schijnt de Limes hier Teufelsmauern te heten. Na vragen hierover kreeg ik geen goed antwoord voor het waarom daarvan. Prachtige vergezichten, ook mooie rotspartijen, en ook gedachtes over de Dornogne, maar dan nog een stuk fraaier, met minder smoezelige huisjes hier. de rivier heeft zich steeds dieper in het kalkgesteente van de Jura geslepen. Mooie gravelpaadjes met witte steentjes ook. 

Altmuehl of Dordogne

Kipfenberg: nog meer Limes

 

Bij Kipfenberg, na ruim 140, is het echt genoeg geweest en boek ik een Zimmer frei voor een enkel nachtje. De plaatselijke hotellier zit vol, maar heeft nog wel ouders die een extra kamertje hebben om te overnachten. Vanuit mijn kamer ligt de Limes hier slechts op 800 meter afstand, maar wel hoog op een heuvel. Je hebt hier een gereconstrueerde houten wachttoren.  Een streek met weinig mensen, weinig toeristen, en qua natuur een van de mooiste stukken van de gehele Limes route.

Dag 9: Woerth

Essing, houten fietsbrug.........

Mogen we even doorgraven?

 

Op deze dag is het uitzicht ook weer geweldig. Prachtige kleine dorpjes in mooie valleien rond de Altmuehl. Ik kom door Dietfurt, een stadje met een middeleeuwse kern maar nog wel delen van vestingsmuren met 5 verdedigingstorens. Er is hier veel gebeurd in de prehistorie. Er zijn belangrijke prehistorische nederzettingen in dit gebied gevonden. Eigenlijk was men net goed en wel alles aan het opgraven, toen er het Main-Donau Kanal moest worden aangelegd. Dit bedreigde de zoektocht naar de jongste steentijd en de klokbekercultuur en in versneld tempo is men hier daarom allerlei opgravingen gaan doen. Lang geleden was het hier dus al flink bedrijvig in deze omgeving: warmer dan midden Duitsland, en prima omgeving om te settelen. Langs de Altmuehl kon je van het Donautal naar de Tauber en de Main. Er zijn veel protesten geweest tegen de aanleg van het kanaal. Overigens zijn er ook veel fossielen gevonden, uit de tijd dat het hier vooral uit lagunen en koralen bestond (150 miljoen jaar geleden).

Burchten en grotten

 

Ik fiets langs Prunn, en zie een rotspunt waarop heel gewaagd een burcht is gebouwd. Dit is een van de best bewaarde ridderkastelen van Beieren. In deze burcht is ook in 1575 een handschrift gevonden van het vroeg-middeleeuwse Nibelungenlied gevonden. Ook de naam van de burcht stond erin. Het Nibelungenlied kom ik later in Oostenrijk ook weer tegen….

Het barst hier ook weer van de burchten. In Essing kom ik er weer een tegen. In Schulerloch is er een beroemde grot, de meest bekende van het Altmuehltal. Deze druipsteengrot zou een school voor druïden zijnb geweest, volgens de plaatselijke bevolking. Ook hebben er Neanderthalers gewoond en zijn er 15.000 jaar oude rotstekeningen gevonden. Het hele jaar is er een continu temperatuur van 9 graden. Vleermuizen, wat dachten jullie ervan!

Tipi-sch

 

Dan een spannend moment als ik vanuit de Altmuehl overga naar het Donautal. Dit gebeurt rond Kelheim.  Deze zondag besteden heel veel mensen de dag in speciaal opgezette tenten langs grote hoeven, campings of herbergen. Opvallend is dat het niet alleen maar van die saaie partytijger zijn. Veel Mongoolse tenten, Indianententen en moderne tarp-tenten. Een enkele keer heb ik mijn bejaardentoeter nodig om een dronkelap terug te brengen naar de realiteit.

Zo nader ik Regensburg, maar voordat ik echt de stad binnenrenden, duurt het nog heel lang: veel parken en heel veel mensen op de fiets. Dit maakt het wel lastiger fietsen, ook omdat ik toch wat afgemat ben. 

Zonneklaar

 

Regensburg behoorde in het middeleeuwse Europa tot een van de grootste steden. Van een afstand al kan ik de spitsen van de St. Petersdom zien.  De binnenstad van Regensburg zelf is prachtig, is autoluw en prima te fietsen. Ik besluit in de hitte wat Italiaans ijs te nemen. Veel te lang blijf ik plakken bij de eigenaar die net de tent heeft geopend en te weinig klanten heeft. Het heeft geen zin om in Regensburg zelf te gaan snurken, omdat waarschijnlijk alles vol zal, zijn. Ik reserveer een plek in het 30 km verderop gelegen Woerth a/D Donau. Dat wordt nog wel een stukje fietsen.

Another lifetime weer


Ik verlaat Regensburg met mooi avondlicht, en dat levert een geinig plaatje op aan de noordkant van de Steinerne Bruecke over de Donau op. Die Steinerne Bruecke is overigens de oudste grote brug van Duitsland, uit 1135. De St. Petersdom is trouwens een mooi voorbeeld van vette gotiek en is gebouwd naar het voorbeeld van de kathedralen in Troyes en Straatsburg (laat het de Fransen niet weten). Verder knalt de stad van middeleeuwse gebouwtjes uit elkaar.  Dat is het nadeel van een geplande fietstocht. Ook hier zou ik wel veel langer willen blijven, maar ook leuk om ideeën op te doen voor “another lifetime”.

Wilkommen in Bayern

Eindelijk bij mijn onderkomen, zie ik de de waard voldoet aan alles waar een good-old waard voor moet staan: hij is moddervet, enorm beleefd, drinkt zelf ook bier, schreeuwt tegen zijn dorpsgenoten, schmiert tegen de dames, en roert zelf ook in de grootste pannen in de keuken. Welkom in Bayern.

Dag 10: Passau

Wal-gelijk Wal-halla?

Walhallo


Als ik zo mijn fiets bekijk is het net een stoffige stokoude wijn uit een vergeten kelder. Toch blijft alles prima functioneren. Mooi zat want vandaag wordt het een warme dag en heb ik wel een lekker lopend machientje nodig.
Door het gesmeer met zonnenbrand creme en zweet is het handvat wel een beetje gaan plakken. Dan moet je je handschoenen dus ook wat vaker gebruiken, zeg ik tegen mezelf.  Af en toe betrap ik me erop dat ik hardop mezelf toespreek, vooral als ik plotseling tot een conclusie ben gekomen of bij een plotselinge verandering van mening. Is niet erg, hoort erbij, zeg ik tegen mezelf…..Vanwege al het stof even langs de Donau mijn fiets wassen met het best heldere water, alsof het een olifant is.


Nog even over Walhalla, de neoclassicisme tempel ter ere van alles waar Duitsland groot in was, gebouwd midden 19e eeuw. Je rijdt er met de fiets pats boem zo onderdoor. Past dit niet eerder in Griekenland, zoals het Parthenon in Athene?  Soms wedijvert “erg imposant” met “over de top”. Ging Duitsland begin vorige eeuw ook niet een beetje over de top?  In ieder geval is het een prachtige blikvanger als je Regensburg voorbij bent. En er staan ook Nederlandse bustes van o.a. Willem van Oranje, Herman Boerhaave en Michiel de Ruyter. Want belangrijke mensen uit de “Duitstalige wereld” mogen er staan….

Willi ohne Maxi

 

Ik ben Woerth a/d Donau nog niet uit of een uit de kluiten gewassen flinke Bayerische oudere sportman fietst met me op naar Straubing.  Net gepensioneerd en fietst dus veel. “Ich bin der Willi”. Ik had hier een maand later moeten fietsen want dan zijn er in Straubing jubileumfeesten, zegt hij. Ik denk dat het niet uitmaakt want van het weekend zag ik al zoveel tentjes met allerlei bierfeesten. Het zou maar zo zijn dat elk weekend die tenten wel volstromen. Leuke gesprekjes over die bierfeesten en voor we het weten zijn we in Straubing. Dat is het geinige van met zijn tweeen fietsen….Volgens mij fietst hij ook veel om thuis de stofzuiger te kunnen ontlopen. In ieder geval zie ik wel imposante kuiten dus hij zal wel een punt hebben.

nu al feest

Accu euforie

 

Van het weekend barstte het van de fietsen met motortjes. Zo graag willen ruilen (not!) als een tientonner op een flink opgevoerde fiets je voorbij rijdt en dan in het voorbij gaan “naechstes mal electro?” toeroept. Leuker is het als je hard aan het zwoegen bent en racefietsers je met moeite inhalen, en dan ondertussen scherp je fiets bekijken of er ergens tekenen zijn van een electriciteitsnet.

Straubing blijkt groter en aangenamer te zijn dan het volgende stadje, Deggendorf. Veel verbouwingen in Deggendorf en daarnaast geen al te mooi centrum. Soms is dat ook lastig te duiden. Wat is nou sfeervol…

Willi, schiet eens op..
Goeie Duitse app

Bett und Bike


Verder gaat het op de fiets. Heb de zonneklep opgezet want een uur fietsen is al hitte maar tig uur fietsen wordt lastiger. De was ligt achterop de fiets (onder en boven spul) en kan mooi drogen. Gisterenavond best een vervelend zitvlak aan de linkerkant en besluit om vandaag een fietsbroek met een dikkere zeemlap aan te trekken, plus nog een broek eroverheen en het zadel meer te laten kantelen. Vandaag valt fietsen daarom nog niet tegen. 

Veel fietsers kom ik niet tegen, wel wat wielrenners. Ik heb veel plezier van alle kleding en spullen die ik in Decathlon gekocht heb, want het spul fluoresceert en handig als je toch een stuk 100 km/uur B-weg moet nemen. Ook is er een goede ventilatie, nooit een klamme rug, ook niet met hard doortrappen. Wat altijd wel lastig is: hoe schat je in wat je nog kan fietsen om een onderkomen  te kunnen regelen. Niet te weinig, niet te veel. Ik ben geneigd om er telkens nog 20 km erbovenop te doen, omdat je bij een reservering toch wel later op de avond kan aankomen. De meeste adressen doe ik via Bett und Bike en dan de goedkoopste prijs. In Woerth zat ik voor 30 Euries in een hotel met ontbijt en deden ze niet moeilijk toen ik 4 bollen extra smeerde voor onderwegs. Ook de vorige Zimmer frei was net zo duur.

Rotol Hotel


Het fietsen gaat als een speer en plotseling is Passau nog maar 35 km. Ik heb meewind en ik besluit het erop te wagen. Het landschap is wat saaier geworden maar er is ook af en toe wat industrie. Heel veel mensen zijn aan het vissen in het gebied vlak voor Passau, valt me op. Passau zelf vind ik best verkeersdruk en wat rommelig. Via een meisje van een alternatief eethuis met een boel dippies (=Duitse hippies) zie ik een advertentie voor het Rotol hotel. Een nieuw concept. 

Het is al wat later op de avond en ik heb niet echt veel opties meer, dus ik bel. De 3 wensen zijn mogelijk: garage voor de fiets, internet en goedkoop.

de folder is toch anders....
bedbreedte=kamerbreedte

Kleffe nacht

Bij aankomst kloppen 2 van de drie,  alleen fietsgarage is een buitenstalling. Beetje moe, beetje geïrriteerd,  dus weer andere hotels gebeld. Helaas was echt nergens meer plek,  en uiteindelijk toch maar die Rotel genomen. Eigenlijk niks nieuws, een soort Franse Formule 1, waarbij de bed-breedte gelijk de kamerbreedte is. Dus met alle fietstassen in het hok kon ik nog net op de vierkante centimeter staan. Even Passau in (al 2000 jaar geleden was dit al vanwege de de gunstige ligging een centrum van cultuur, handel en bestuur als grensstad van de Limes) en daarna snurken.

Moe en afgemat neem ik een duik het bed in, maar spring gelijk overeind. Zowel het dekbed als het matras, als het kussen zijn…..zeiknat….In het geheel niet gedroogd. Iedereen slaapt al, dus verhaal halen heeft geen enkele zin, wordt het alleen maar vervelender door want ik wil nu slapen. McGyver  modus aan: heb mijn hele fietstas omgekieperd op het bed en ben op mijn eigen truien, jassen, plastic zakken, onderbroeken, zandkorrels etc. etc. gaan slapen. Passau maakte vroeger niet echt indruk op me, dat blijft voorlopig zo….

Dag 11: Mauthausen

Donauradweg

 

Ter compensatie van het natte bed heb ik de volgende dag extra veel broodjes voor onderweg gesmeerd. En een klachtenformulier ingeleverd bij het schaap van de receptie….Toiletten en douche zijn gemeenschappelijk. Is dat vies? Ik weet het niet, in een hotel heeft ook altijd iemand eerder op jouw pot gezeten.  Ja het schoonmaken zit er dan tussen, nu niet. Voor wat dat waard is dan. Niet meer over nadenken.

Ik rij nog snel Passau in en bekijk de toch best indrukwekkende Stephansdom, helemaal in barokstijl gegoten na een grondige vernieuwing in 1668. Van Passau tot Wenen volg ik dan de Donauradweg. Je kan maar een kant van de oever kiezen en soms is dat onhandig met de Limes route,  die ook wel de andere kant kiest. Na Passau wordt het landschap direct mooier. De heuvels worden hoger, de industrie is weg, watervalletjes erbij. En ineens zijn er nu ook heel veel fietsers. Ik vraag me af hoe dat in het weekend zou zijn. Inhalen gaat nog prima want het zijn vaak brede landweggetjes. Het barst nu ook van de Zimmer frei huisjes. Ik rij op met een jong stel dat er stevig het tempo inzet.

Total krass....

Nikkies


Ik kom in Obernzell dat als een klein vakantieoord uitziet. Ik kan het niet laten om in de grootste klederdracht winkel even een paar knickenbockers aan te passen. Duizenden van die broeken hebben ze, sommige kosten over de 500 Euro’s, het gaat dan om de stiksels,  die o.a. allerlei jachtmotieven hebben. Even denk ik eraan om er eentje te kopen, maar wanneer draag je nou zoiets….Ik ga niet bij het plaatselijk slot kijken, waar je nog vondsten uit de jongste steentijd kunt bewonderen…

Dan volgt er een waterkracht centrale, de Jochenstein, gebouwd door de omringende grenslanden. Ze hebben het slim aangepakt met een infocentrum en aandacht voor ook kleinere kinderen. Zoiets als onze Deltawerken. Daar moet je vroeg mee beginnen.

En is ie blauw?

 

Ik zie hierna een stuk rots uit de Donau steken. Dat is de Jochenstein rots. Sagen verhalen over de waternimf “Isa”, die in het water vlak voor de rots zou verblijven. Is ze verwant met de Loreley?

In Schloegen kan ik niet meer verder fietsen aan de noordoever, omdat er een grote inham komt en er geen fietspad overheen loopt. Met een voetgangerspont steek ik over. De bootsman, type Karlheinz-uitsmijter met een driehoekige body, tilt mijn zware brik zo het bootje in met zijn pink.

Nu volgt er een prachtige route die ook wel schaduw heeft en heel goed uitkomt ivm de warmte. De Aschacher waterkrachtcentrale die ik op een gegeven moment zie, is de grootste in Oostenrijk. Door deze stuwdammen komt het Donaupeil de volgende 10-20 kilomters steeds hoger boven het omliggende land te staan. Daarom zijn ook hier veel dijken nodig, niet alleen dus bij ons! Ook hier hebben mensen flink schrik van als de Donau sporadisch veel te hoog staat, en ze weten allemaal wat er voor 2016 met de Elbe in Duitsland is gebeurd.

Verzetje voor de schipper

 Bij Ottenheim moet ik weer naar de overkant met een soort veerpont. Dat geeft hilariteit want vlak voordat-ie.weg wil varen, komt er nog een trekker met aanhanger helemaal bomvol met zwaar zand. Maar hij is al op de pont, dus kan niet meer terug…..Flinke ruzie (gespeeld?) tussen de heren bestuurders traktor/boot en uiteindelijk mag hij toch mee. Als de trekker aan de overkant de kade knalhard weer oprijdt, heeft dat zo’n terugslag op het pontje dat we enorm doorwiebelen. Er klappen wat fietsen om maar de schipper is alleen aan het hoofdschudden. We zien niet of hij erbij lacht….

Wien is de baas


Na flink wat doortrappen bereik ik Linz. Een veel mooiere stad dan ik dacht op grond van de enorme industrie complexen die je ten westen van de stad ontwaart, als je de snelweg afjakkert. De stad is zelf best modern gemixt met leuke oude stijl. Ik spreek wat mensen en die vertellen me o.a. dat de dom absoluut niet hoger mocht worden dan die in Wien. Hij mocht wel breder worden dus dat dan maar gedaan. Ik een winkelstraatje zit de beste ijsmaker van Oostenrijk, met gewonnen prijzen. Die man, een Nederlander, heeft zoveel klanten dat ik er niet op ga wachten.

Mooi en afschuwelijk


In het prachtige dorpje Mauthausen even verderop is er nog plek in een Zimmer Freitje. Mauthausen is bekend door het concentratiekamp dat hier heeft gezeten en diepe wonden heeft nagelaten. Het monument ligt op een steile berg en is niet te doen voor mijn fiets met volle bepakking. Ik tank weer wat eiwitten met een paar flinke lappen Wiener Schnitzel vlakbij de Zimmer frei.

Dag 12: Ybss

nog extra suiker bij de koffie?

Een baaldag


Soms heb je van die dagen die voor geen meter lopen. Dit is zo’n dag. Het is warm en nog vervelender: enorm vochtig en benauwd langs de Donau. De route is een stuk saaier: de Donau stroomt door een brede vlakte met grote landerijen. Het zijn hele lange rechte stukken langs de Donau en populair bij wielrenner, omdat er kilometerslang op het pad het aantal afgelegde meters staat opgeschreven. Veel racefietsers dus. De uiterwaarden bestaan uit oorsprong wel uit bos, de Auwaelder. Die overstroomden regelmatig, waardoor er bijzondere natuurgebieden ontstaan, die de Oostenrijkers goed bewaken, maar door de boeren soms een stuk minder worden gewaardeerd.

Mozart-Shampoo?

Coup de Mozart


Plassen gaat bij de Donau in de bosjes langs het water (vaak, omdat je per dag wel minimaal 6 liter water opslorpt als het warm is). Alleen vandaag kom ik in een muggenzwerm terecht met van die grote prikmuggen. Het duurde een eeuwigheid voor mijn gevoel, en muggen hardhandig wegjagen tijdens het plassen is een minder goed idee….. Snel weer terug naar de weg. Toen bleek naderhand dat ik in de haast mijn zonneklep op die plek was verloren. Weer terug, en weer door die muggen heen, nu een veelvoud ervan….. En daarna dus een kwartier lang jezelf bedwingen om niet toe te geven aan de jeuk.

Slipstream langs de Donau

 

Op de dijk langs de Donau met wind tegen loopt het ook helaas voor geen meter. Omdat ik toch vooruit wil, gaat er een tandje bij. Plotseling ontdek ik in mijn spiegel 3 wielrenners die in mijn slipstream meefietsen. Na een goed half uurtje wenk ik hen zodat zij een keertje kopwerk gaan doen, maar daar hebben de heren geen zin in. Dan maar langzamer gaan rijden totdat de mennekes het uiteindelijk overnemen. Omdat het tempo laag is, ben ik gestopt, even gegeten en weer verder gefietst. 

cooling down

Ken je plek


Na een tijd blijkt dat je niet vooruit te branden bent. Ook de semmeltjes met kaas en vlees uit het hotel werken niet als brandstof. Dan maar proberen om met Italiaans ijs meer power te krijgen.  Er is hier veel Italiaans ijs en echt van hoge kwaliteit. Maar ook dat helpt niet. Ik ben ook niet echt onder de indruk van het landschap, dus dat geeft ook geen boost. Het is duidelijk, deze dag is de off-day….Ik merk het doordat ik er ook flink de pest in heb. Daarbij geholpen door een kartonnen Jezusbeeld waar de Pest uit 1649 wordt herdacht, die hier huisgehouden heeft.

Wel inspirerend is dat er bij Mitterkirchen een prehistorisch ervaringspark te zien is, dat het leven in de Hallstattperiode, 2700 jaar geleden, laat zien, met een broodbakkerij, en grafheuvel met compleet ingerichte grafkamer.  Ik weet nu weer mijn plek ten opzichte van de mensen die bijna 3000 jaar geleden geleefd hebben.

Dit is vast een teken!

Soup-Recovery

 Uiteindelijk heb ik na 70 km fietsen de stekker eruit getrokken in het plaatsje Ybbs a/d Donau, en heb een plek gezocht in een hotel speciaal voor fietsers (hotel Boehm). In Ybbs hebben een aantal veldslagen plaatsgevonden, o.a. in 788 om de Awaren tegen te houden, en in 955 tegen de Hongaren.  Het is ook vanwege de Romeinse Burgus, die ze als een late versterking voor de Limes bouwden, interessant.

Telkens blijkt dat het afkoppelen van de bagage en naar binnen sjouwen (3x) het douchen het uitpakken van belangrijke spullen, het wassen van alle gebruikte en bezwete kleding veel tijd inneemt. Nu kwam ik al om 5 uur aan dus kon ik ook iets meer opruimen en sorteren. Ook had ik met een onhandige beweging mijn dijbeen opengehaald aan een trap, dus ook goed om de wondjes even op te lappen. Ik heb een bord soep besteld. Gelukkig is het ook echt een bord soep, en geen kopje soep op zijn Nederlands.

geen zuinig kopje soep

Forza Duka


In het hotel kom ik een man tegen uit Rome, die met zijn dochter ook aan het fietsen is. Het blijken ferwente supporters te zijn van AS Roma, de plaatselijke voetbalclub met icoon Franscesco Totti en natuurlijk de manke Strootman toen in 2016. Ik heb ze even die laatste naam goed leren uitspreken. Ze kunnen beter Engels dan Duits. De volgende dag kom ik ze al vroeg op dezelfde route tegen en telkens schreeuwen we “forza Roma” naar elkaar.

Dag 13: Tulln

Burn baby, burn

 

Vandaag weer goede zaken gedaan. Niet alleen is het stukje Donau veel mooier en afwisselender, maar er zit weer power in de benen. Ook vandaag is het warm en vochtig maar ben op tijd vertrokken. Als je net vertrekt is het handig om een heel licht verzet te gebruiken en niet te gaan stampen want dan blaas je jezelf op..Na een uurtje wel goed om meer power te gebruiken anders raak je gewend aan een slappe tred. Na anderhalf uur voel je je dan iets kouder worden en rillingen krijgen.  Ik heb begrepen dat het lichaam dan overschakelt op vetverbranding. Da’s mooi want ’s avonds komt daar nu toch best wat van binnen.

Geen geigenteller nodig hier...

Radio Zwentendorf


Tijdens deze dag passeer ik een heel merkwaardig monument. Het is de kerncentrale in Zwentendorf. Die is, nadat ie gebouwd was, nooit in gebruik genomen omdat in 1978 na een volksraadpleging een hele krappe meerderheid van de bevolking, toen nog onder Bruno Kreisky, stemde TEGEN het operationeel worden van deze centrale. Dus hij heeft nooit dienst gedaan! Weinig mensen rond het gebouw en overwoekerde parkeerplaatsen. Ik krijg een soort Tsjernobyl gevoel als ik zo langs het gebouw fiets over de overgroeide platen, maar het verschil is natuurlijk dat dit juist de meest veilige kerncentrale ooit is…

Ik heb 3 fietsbroeken mee. Het blijkt dat degene die boven het beroerdst zit met een soort bovenstuk, juist een prima zeem heeft. Ik laat daarom het bovenstuk maar naast mijn zij hangen. Ik merk dat de andere fietsbroeken minder goed zijn en ook een stuk ouder.

Kill your babies

 

Verder merk ik dat een van de 2 grote achtertassen stinkt. Het is de tas met vaste spullen, dus niet met de kleding. Na een tijdje blijken de boosdoenders de jezustoffels te zijn, die ik al wilde weggooien maar dacht nog nodig te hebben voor om in de Donau te lopen.. ..Ook na douchen en schoonmaken zit er nog steeds een vreemde lucht aan. Aan de onderkant blijkt deze schoen opengereten te zijn door de trappers, en die avond heb ik ze echt weggegooid.

Ik fiets door Mautern heen. Dat dorp werd door de gunstige ligging aan de rivier overgang al door de Kelten bewoond. Van de Romeinse legerplaats Favianis bleven delen van de stadsmuur met torens bewaard, waardoor je letterlijk in die tijd het centrum infietst.

ruik es effe?

Melk


Buiten de dorpen fiets je dwars door de wijngaarden die aan beide kanten van de Donau opstijgen. Het wordt dus nu toch weer interessanter. Verder veel fruitbomen zwanger van de perziken en pruimen. Stoppen om een schnaps te nemen (want direct ook van die Imbiss-tentjes met ook het natje erbij) doe ik niet, want het fietst wel redelijk goed door. Dat is ook belangrijk: cadans houden en niet telkens stoppen. Natuurlijk wel als het de moete waard is.

Voor het eerst tijdens deze fietstocht de koptelefoon opgezet. Nu pas. Had ik nooit gedacht, want thuis altijd met koptelefoon fietsen. Hierdoor kun je toch weer een tandje erbij zetten. Op een lang recht stuk achter een wielrennersclub gehangen.

Het volgende belangrijke station is de stad Melk. Ik heb de “beklimming” gedaan naar het beroemde Benedictijnenklooster uit 1089. Dit klooster komt ook voor in de historische roman “in de naam van de roos” van Umberto Eco.

Bike packing 2.0


Het Benedictijnenklooster in Melk geldt na wat verbouwingen als een van de fraaiste voorbeelden van barokke bouwkunst.  Je kunt vanaf het klooster de Donau zien maar ook de uitlopers van de Alpen. Op deze plek bouwden de Romeinen al hun Castellum Namare, en ook kwam het voor in het Nibelungenlied. De wegbewijzering voor het klooster is trouwens wel een puinhoop: ik kwam geregeld fietsers tegen die niet wisten hoe ze bij de Donaubruecke of het klooster moesten komen. Ook twee fietsers met ietwat minder reguliere fietsmodellen….

Tulln


Uiteindelijk was ik rond 17:00 uur 120 km verder en bereikte ik Tulln. Wel goed kapot en vervolgens weer direct de was gedaan om te zorgen dat vooral de zeemleren lap de volgende ochtend net droog zal zijn. Soms met foehn, soms gewoon buiten uithangen. Na 10 dagen heb ik dus nu wel mijn favo fietsbroek die ik nu elke dag aandoe om de huidirritaties niet nog meer aan te wakkeren. Ik raak in gesprek met de eigenaresse, die jaren geleden het hotel heeft gekocht met haar echtgenoot, maar inmiddels gescheiden is. Komt niet meer aan de man, ook al omdat het hard werken is, haar man zelf ook nog continu om haar heen staat, en geen tijd heeft om op zoek te gaan. Zoveel streken, zoveel mensen, zoveel verhalen, zoveel goede adviezen. Na een stevige discussie zoveel zin in mijn nachtrust…

Dag 14: Guntramsdorf

Even wat geschiedenis

 In de ochtend eerst Tulln verkend. Hier staat het beroemde Nibelungen monument. Tulln wordt in het Nibelungenlied de plaats toegedicht waar Kriemhilde en Koning Etzel hun verlovingsfeest hadden. Verder stond er de Romeinse ruitervestiging Comagena die al voor 100 vC. uit steen werd gebouwd. Ook mooi doch eenvoudig om te zien is het oudste bouwwerk van Oostenrijk: een halfronde Salzturm, onderdeel van de westmuur toendertijd.

Tulln is in de middeleeuwen belangrijker dan Wenen geweest. Wenen heeft dat later overgenomen. In 1683 hebben hier de christelijke ontzettingslegers gestaan om de 2e belegering van Wenen door de Turken teniet te doen. Je kunt zien dat Tulln probeert om meer toeristen te trekken. Het hele centrum ligt op de schop en ze maken de mooiste stadsparken met van alles en nog wat. Ook een alpenvereinhaus staat hier in het park en een bootje van Hundertwasser ligt er te dobberen in de haven (vreemd genoeg zie ik er geen Hundertwasser in).

waar kwam vroeger de wind vandaan? .........................

Turkse overheersing revisited

 Op weg naar Wenen kom je dan Klosterneuburg tegen. Deze plaats ontstond als Romeinse vestiging Asturis, op een prehistorische nederzetting.

Het is de grensplaats van de Romeinse provincie Pannonia, met als hoofdstad Aquincum, het tegenwoordige Budapest. Klosterneuburg heeft een bovenstad en een benedenstad. Die laatste werd vaak verwoest en geplunderd, en mensen vluchtten dan snel naar boven. Deze stad heeft tweemaal een Turkse overheersing doorstaan, in 1529 en 1683.

Stephansdom

 

Het laatste stuk naar Wenen gaat langs de Donau en levert je eigenlijk op slechts 800 meter af bij de Stephansdom, die opnieuw/nog steeds in de steigers staat. Als doekje voor het bloeden staat er een hele kleine menshoge replica vlakbij. Vroeger was het eerste moderne gebouw op het grote centrale plein erg vreemd, raar, en sloeg als een tang op een varken tussen al die klassieke gebouwen, met veel barok en Jugendstil. Nu ziet het er toch best modern uit met uiteraard een klassieke uitstraling. Smaken verschillen, en soms moet je over je oude smaak van vroeger heenstappen.

Op het grote plein staat een bordje: Gulash museum. Jaha, dat trekt natuurlijk, ik lijk net Midas Wolf compleet met speeksel spetters, en het blijkt een Hongaars cafe te zijn met wel prima echt goede gulyas, niet van dat smaakstoffen-blikvoer met hapklare brokken. Als ik in het Hongaars afreken krijg ik op mijn kop omdat ik niet ook in het Hongaars het eten heb besteld.

 

Gulash museum kft

 Ik geef ze op mijn beurt op hun falie dat ze van het gebouwtje niet met wat simpele trucjes er een echt gulash museum van hebben gemaakt.

Ondanks de enorme drukte kon ik redelijk gemakkelijk door het centrum fietsen. Aha, dat bedoelen ze dus met de spreuk: “Wien vom Sattel aus entdecken”. Daarbuiten is het fietsen vooral wachten op stoplichten die net zoals in Duitsland er erg lang over doen om te wisselen van kleur. Altijd interessant om naar het Hundertwasser huis te gaan. Ook hier veel toeristen maar niet eens zo erbarmelijk druk.

Wien by bike

 De Garmin GPS loodst me vervolgens vanaf het Hunderwasser huis dwars door Wien naar Wien West Bahnhof, waar ik een auto gereserveerd heb bij Sixt, om over een aantal dagen terug te rijden naar Kleve.

Oorspronkelijk wilde ik naar Avis, maar deze Sixt vestiging zag er prima uit en kwamen met een hele scherpe aanbieding. Om er te komen wel weer ontelbare stoplichten doorgeworsteld: Ze staan veel te lang op rood voor de auto’s. Dat is in Nederland echt beter geregeld voor fietsers.
Midden in Wien komt er een man naar me toe en wijst me op de riem en de Rohloff-naaf en begint een heel verhaal over dat hij ook zo een fiets heeft, en het zo lekker draait. Ik word bijna aangeduwd naar mijn wenselijke richting toe, en weg is de Wener. Ik fiets weer verder, zo goed als ik kan, in het drukke verkeer. Ook veel kaseinen of kinderkopjes of plaveisels of hoe je ze ook wil noemen, waardoor het echt niet opschiet.

Burgenland


Om Wenen uit te komen komen er ook nog eens flinke hellingen bij. Je gaat trouwens ook niet langs de hoek van de straat even plassen dus dat was even een vervelend stuk. En dan ineens sta je toch in de landerijen. Omdat dit geen officiële Limes route meer beteft, is de weg heel erg wisselend. Soms sta je nagenoeg stil, dan weer is het oud fietspad met bomen waarvan de wortels het hele pad en de snelheid vernielen. Omdat ik in Wenen toch wel een flink tijdje geweest was, rij ik nu langer door en pas 25 km onder Wenen kijk ik eens om me heen. Niets te zien qua onderkomen en ook de B-und-B geeft geen resultaten. Dan de optie van logees/hotels van de Garmin GPS maar geprobeerd: een jachthotel met restaurant in Guntramsdorf. Het zijn nog steeds industriele voorsteden, maargoed, kennelijk werd hier vroeger nog veel gejaagd.

Guntramsdorf


Veel muggen tijdens het buiteneten, en ik vlucht toch snel naar binnen toe. Hongarije is na 2 weken fietsen niet ver meer, en ik merk dat ik meer slaap nodig heb dan in het begin van de trip. Hier staat een weegschaal, en zoals verwacht ben ik niets aangekomen, terwijl ik toch echt behoorlijk heb gebunkerd, zeker deze avond.  Een aantal mensen die avond die naar de fiets kijken, en naar het Rohloff principe en de riem. Ook al omdat de baas dit kennelijk heeft rondgebazuind. Ik vind het prima, leg uit wat ik ervan weet en snel lig ik daarna onder zeil.

Dag 15: Hongarije

Der Flashback

 

Het is nu precies 2 weken geleden dat ik vertrok uit Wageningen. Ik zou werkelijk niet weten hoeveel km ik tot nu toe gefietst heb. Ergens dichtbij de 1700. Dat kan ik thuis wel berekenen, is nu even niet van belang. Het voelt een beetje aan als 4 weken. Ik probeer terug te denken aan de stukken in Midden-Duitsland, da’s een tijdje terug…

Dunbevolkter


De weg vanaf Guntramsdorf is nu voornamelijk fietspaden die al wat langer liggen en vervelende butsen kunnen hebben. Mensen die ik tegenkom, groeten mij ook niet, anders dan bij de Donau. Hier fietsen ten zuiden van Wenen weinig vakantiegangers, besef ik nu. Sommige kijken ook vreemd naar al die tassen. Ook maakt een oudere boer een opmerking over dat dit toch niet mogelijk is. De weg maakt op een gegeven moment een rare bocht die volgens de wegbewijzering omrijden zou betekenen. Er komt geen zwaar weer aan, en dus besluit ik van de route af te wijken. Als je dat doet, kan er een keer een kanaaltje opdoemen waar je toch overheen moet en dan helemaal moet omrijden als dat niet mogelijk is, dus afwijken van de route doe ik niet graag.

Bandjes geklets.

 

Uiteindelijk sluit ik toch een stuk van 15 km kort, omdat ik langs een kanaaltje rijd, dit niet als fietspad geregistreerd staat, maar wel naar Wiener Neustad loopt. Het is een soort gravelpad wat redelijk lekker loopt. Ik heb misschien wel mazzel gehad met geen enkele keer een lekke band in 15 dagen tijd. Wel kijk ik vaak of er glas ligt en ga eventueel direct in de remmen of met een grote boog eromheen. De Schwalbe band die eromheen zit, bevalt me prima. Oorspronkelijk zou ik er dunnere bandjes onder willen zetten om sneller te kunnen fietsen, maar Bart van Sector2Bikes had het me afgeraden: je komt dan meer in de problemen als het mul wordt of als je door zand heen moet. Ook hierin heeft hij weer gelijk gekregen, af en toe was het flink raak, vooral in overgangsgebieden tussen routes of vlak voor of na steden. Of als je van je route afwijkt en via de Bikemap app je Europese fietspaden gaat kiezen.

Bij Wiener Neustad buigt mijn route ineens veel meer naar het Oosten. Ook worden de heuvels hoger. Ik hoopte ze te vermijden maar nog maar 80 km te fietsen, dus geen centje pijn als het toch zwaarder zou zijn dan gedacht,  ik kan ook laat aan komen zetten op mijn eindbestemming: Zsira, in West-Hongarije.

Grensgebied

 

Over de heuvels steek ik door naar Mannersdorf, en check bij een Italiaanse ijssalon of de doorgaande weg of parallelweg rechtstreeks naar Lutzmannsburg een fietspad heeft. Volgens hem wel voor een groot gedeelte. Ik probeer het maar het bevalt niet goed: toch nauwelijks fietspaden en er wordt echt hard langs me heen gereden met ook vrachtverkeer. Ook is de weg voor fietsers niet handig. Ik keer toch terug en besluit om nog meer oostelijker door de heuvels heen te rijden, direct naar de Hongaarse grens. Hier rijdt niemand en de stilte bovenop de topjes, met alleen wat geluid van valkjes die boven het graan aan het bidden zijn, is heel goed te pruimen, werkt bijna meditatief. In de verte, over de heuvels, zie ik Sopron, de eerste Hongaarse stad al liggen. Als ik de grens nader, wordt het pad steeds slechter met kuilen en grove grote stenen. Soms moet ik zelfs afstappen en duwen. Dan plotseling zie ik langs de weg 4 militairen staan naast een legertent. Ik vraag hen of dit de grens is (er staan geen borden), maar de heren kijken schaapachtig voor zich uit en zeggen niets. Het zijn Oostenrijkse militairen, duidelijk bedoeld om de vluchtelingenstroom in de gaten te houden. Hierna kom ik in het eerste Hongaarse dorpje, Agfalva, en ten opzichte van jaren geleden lijkt hier niets veranderd. Lintdorpen, mensen fietsen op oude krotfietsen, afgebladderde huizen en bobbelige wegen met gaten. De fietspaden zijn zoals verwacht beroerd en ook in Sopron, waar ik doorheen moet, is het niet veel beter. Dan wordt het in de buitenwijken weer klimmen, want moet nu naar het Zuiden en over de Soproni hegyseg/heuvels heen. Ik buig wat af en zal weer over de grens moeten naar Oostenrijk om door te kunnen steken. Op deze grensovergang helemaal geen enkel bord, geen enkel teken of militairen, alleen weer een bruine legertent.

Und?

 Op deze plek die in een uithoek van Hongarije zit, gaan minder migranten oversteken, is waarschijnlijk de filosofie, en dus minder bewaakt. In Deutschkreuz aangekomen neem ik een bord friet voor het zouttekort. Het is bloedheet en vanwege de heuvels was het met de zware bepakking behoorlijk zweten. Na afloop volgen er nog wat gemene klimmetjes die ik in het kleinste verzet moet doen en zelfs even moet stoppen (ai, dat doet zeer). En weer duik ik nu Hongarije in, vlakbij Und. Deze keer ook geen militairen,  maar wel een duidelijk bord met Hongarije.

Zsira!


Ik word opgevreten door de muggen als ik afstap en foto’s maak. Dus snel maar weer door peddelen. Dit zijn nieuwe wegen die aan zijn gelegd om het gebied meer te ontsluiten, en om de vele Hongaren die in Oostenrijk werken, te helpen. In Zsira, hongaars grensplaatje, aangekomen maak ik een rondje rond Lutzmannsburg en ons vakantiehuisje en het dorp zelf en kom toevallig, net als ik met de GoPro aan het filmen ben, mijn zus Inki en haar mannetjes tegen met de auto. Alsof alleen wij op straat zijn, en alle Hongaren een siësta houden. Die komen net terug van Buek (een groot zwemparadijs met ook thermale baden, de goedkope concurrent van die in Lutzmannsdorf), en dat komt perfect uit, want ik weet niet meer waar ik de sleutels van het huis had opgeborgen. Eindbestemming bereikt. Een dik applausje voor de Santos fiets, die me zonder enige problemen dwars door Europa heeft geholpen. Geen mankementen, geen lekke band, altijd scherp, altijd betrouwbaar.  Nu eerst even een dagje relaxen. Eigenlijk de eerste rustdag 🙂

Dag 16: Nederland

Tijd voor wat water

 

De dag na aankomst staat er natuurlijk een flink potje zwemmen op het programma: naar het thermaalbad Buek. Ook als het wat regent. Met zijn vijven hebben we het leven redelijk zuur gemaakt van veel ouderen die in het “augurkenbad” afgezet zijn om daar de hele dag te weken. Balspellen in het water zien ze wat minder zitten. Ik heb geen last van stijfheid of vervelende spieren, maar moet nog wel een flinke etappe terugfietsen naar Wien. In Hongarije verder boodschappen gedaan, en wat zitten rommelen in en om het huis.

BBQ met de Imre familie


Ook nog een BBQ op een prachtig Oostenrijks bergweitje van mijn oom Jani, vlak buiten Oberwart. Zo goed om weer oude familie te zien. Sommige neven en nichten heb ik al 35 jaar niet meer gezien. Zo kom je anderhalve generatie verder. Net alsof alle kennissen van vroeger in de verouderingsmodule van Nemo zijn gestapt. De complimenten over de jeugdigheden vliegen over en weer…..

Sopron en omgeving

 

De terugweg naar Wien op maandag 25 juli is een langere etappe dan de heenweg, en ik besluit om nu juist een meer noordelijke route te nemen, om de heuvels in het Oosten van Burgenland te vermijden. Dat is een lelijke misrekening, blijkt achteraf. De terugweg gaat ook weer naar Sopron, maar naar de grens blijkt het een 4-baansweg te zijn, ook weer inclusief vrachtwagens en Hongaarse rijstijl. Daarbij was de Formule 1 wedstrijd op de Hungaroring net geweest, dus de magyaren willen wel wat laten zien op de weg. Ik ontdek natuurlijk veel te laat dat er ook een karrenspoor naast die 4-baansweg ligt, net op het moment dat de grens bereikt is.

Wien Wild West


Bij de grens wordt er flink gecontroleerd, 6-baans weg. Verder gaat het daarna flink heuvel op: ik had de uitlopers van van de heuvels bij Eisenstadt niet meegerekend….Omdat ik flink vroeg ben vertrokken kom ik wel om 15:00 uur aan in Wien, WestBahnhof. Vervolgens krijg ik mijn gereserveerde auto. Het is een BMW 320 S. Na ongeveer een half uur wurmen heb ik de fiets met alleen het voorwiel eraf in de auto kunnen proppen.

Dikke Santos, home sweet home


Om Wien uit te komen heb ik direct alweer spijt dat ik in een auto zit. Kost me ook een half uur. Vervolgens gaat het in rap tempo naar Regensburg, alwaar ik 4,5 uur stil kom te staan, omdat een vrachtwagen in een Baustelle is gesukkeld. Ik denk weemoedig aan die tijd dat ik 4,5 uur aan het fietsen was. Dankzij de BMW ben ik wel vlak na middernacht thuis in Wageningen, eerlijk is eerlijk. Sommige stukken gingen zowat 20x zo snel als op de heenweg. Maar uiteindelijk toch liever nog een keer de heenweg, dan de terugweg, voor mij….

En toen, in de zomer 2016, had, na een impulsaankoop van deze Santos, het fietsvirus definitief toegeslagen. Na 2016 volgen er ongeveer elk jaar nog nieuwe fietsvakanties. Check deze site daarvoor.

Duke Varga logo